Kinderopvang/ORG: Krachtige organisatiestructuren in de kinderopvang

Probleemstelling

Recent lanceerde de Toekomstgroep Kinderopvang, een expertgroep aangesteld door de Vlaamse regering, haar visie over hoe de kinderopvang er over 10 jaar moet uitzien. In die visie wordt onder meer een nieuw organisatiemodel voorgesteld, waarin drie domeinen voor de aansturing van kinderopvang onderscheiden worden: management van de organisatie, pedagogisch beleid, en levenslang leren en ontwikkeling. Aan elk van die drie domeinen worden vervolgens verschillende nieuwe functieprofielen gekoppeld (bv. praktijkopleider, teambegeleider) die moeten bijdragen aan de realisatie ervan.

Tot op heden is er nog maar weinig geweten over welke organisatiestructuren op dit moment in de sector aanwezig zijn en welke elementen bijdragen tot een daad- en draagkrachtige organisatiestructuur. Het is dus bijgevolg niet duidelijk hoe de situatie in de praktijk zich verhoudt tot het voorgestelde organisatiemodel of hoe men hier vanuit de sector tegenaan kijkt. In dit gezamenlijk onderzoeksproject vanuit Karel de Grote Hogeschool en Arteveldehogeschool proberen we hier meer over te weten te komen, om zo lessen te trekken uit de kennis en ervaring die reeds aanwezig is in de praktijk, en daarmee een inhoudelijke bijdrage te leveren aan de verdere uitrol van de visie van de Toekomstgroep.

Onderzoeksvragen

Vier onderzoeksvragen staan centraal:

• Welke organisatiestructuren zijn momenteel aanwezig in het Vlaamse kinderopvanglandschap?
• Hoe worden die structuren in de praktijk geïmplementeerd en ervaren?
• Hoe verhoudt de sector zich tot het recent ontwikkelde organisatiemodel?
• Welke elementen dragen bij tot een krachtige organisatiestructuur? 

Onderzoeksaanpak

We verzamelen administratieve gegevens van alle organisatoren van kinderopvang in Vlaanderen uit de databanken van Opgroeien en de Kruispuntbank van Ondernemingen. Op basis van deze gegevens selecteren we organisaties met uiteenlopende kenmerken, dewelke gevraagd worden hun organogram te delen. We analyseren vervolgens de ontvangen organogrammen en selecteren interessante cases voor vervolgonderzoek. In elke geselecteerde organisatie nemen we twee interviews af: één met de organisator of een andere medewerker die verantwoordelijk is voor HR en één met een ervaren kinderbegeleider die de organisatie goed kent.   

Output

De onderzoeksoutput bestaat uit een eindrapport dat te lezen is als een antwoord op de onderzoeksvragen.

Onderzoekers

• jeroen.janssen@kdg.be
• sofie.beunen@kdg.be
• Michiel Voet (Arteveldehogeschool)
• Sofie Vastmans (Arteveldehogeschool)